We worden geleidelijk vermoord

Deel III

* *

Vertaling: Ed Gunneweg
Aspartaam: Door Pat Thomas
Dit artikel verscheen voor het eerst in 2005 in het september nummer van de Ecologist 35, No.7. Deel III van deze reeks zal enkele veiligheid aspecten van aspartaam onderzoeken en inzicht geven in het goedkeuringsproces.

Aspartaam: We worden geleidelijk vermoord, deel III
Tijd voor actie

Het aspartaam verhaal gaat over de triomf van de collectieve macht boven de wetenschappelijke stijfheid. Het belicht de ouderwetse en uit zijn evenwicht gebrachte procedures om additieven voor levensmiddelen goed te keuren.

Wij gebruiken dagelijks additieven voor levensmiddelen, toch vereist hun goedkeuring niet dezelfde wetenschappelijke grondigheid als de goedkeuring van geneesmiddelen, en in tegenstelling tot geneesmiddelen, is er geen eis ten aanzien van toezicht op bijverschijnselen die opduiken zodra het additief in gebruik is.

Goedkeuring impliceert niet controle van mensen die het reeds eten en of de voorgestelde substantie een wisselwerking met andere additieven en/of geneesmiddelen zal hebben. Noch houdt het er rekening mee of het additief de schade verergert die door andere aspecten van de moderne levensstijl wordt veroorzaakt (bijvoorbeeld, neurologische schade die door opname of blootstelling aan bestrijdingsmiddelen wordt veroorzaakt).

Noch zoekt het naar subtiele chronische gevolgen (bijvoorbeeld, de geleidelijke opbouw van methanol in het lichaam door regelmatig aspartaam gebruik).

Er zijn nog meer problemen. De meesten onderzoeken naar aspartaam zijn dierproeven, waarvan algemeen bekend is dat ze moeilijk op mensen van toepassing zijn. Waarom worden ze dan in de eerste plaats uitgevoerd?

Het antwoord is, fabrikanten en regelgevers gebruiken dierproeven als tweesnijdend zwaard. Als een dierproeven geen schadelijk bewijsmateriaal oplevert, kan de fabrikant het gebruiken om zijn zaak te steunen. Als zich wel schadelijkheid voordoet, is de fabrikant echter vrij om het argument te gebruiken dat de resultaten van de dierproeven niet doorslaggevend zijn met betrekking tot mensen.

Geconfronteerd met niet doorslaggevend bewijsmateriaal zullen de regelgevers zich altijd aan de kant van de fabrikant scharen, die tenslotte juiste bureaucratische procedures heeft aangetoond door zijn dierproeven te financieren en ter controle voor te leggen.

Het goedkeuringsproces voor welke substantie dan ook die mensen dagelijks in hun monden stoppen zou gebaseerd moeten worden op stevige menselijke gegevens en op het voorzorgsprincipe wanneer dergelijke gegevens niet beschikbaar zijn.

Maar zoals het is, de verordening van additieven voor levensmiddelen in de Verenigde Staten, Engeland en elders laat de bewijslast van schade bij de gewone mens, ondanks het feit dat de meesten van ons te bescheiden zijn om te klagen of eenvoudig niet de energie hebben om het tegen multinationals op te nemen.

De geschiedenis van aspartaam is al opmerkelijker vanwege het aantal gemotiveerde mensen die geweigerd hebben om de mantra "als het door de overheid wordt goedgekeurd moet het veilig zijn" goed te keuren. Bijna ieder onderdeel van het onafhankelijk onderzoek toont aan dat de verontwaardiging van deze mensen, die bedreigingd zijn met een proces en belasterd werden in de media als zijnde 'hysterisch' gerechtvaardigd is.

Na 30 jaar commercieel succes van aspartaam, zou het gemakkelijk zijn te besluiten dat het te laat is om te handelen. En toch in het begin van dit jaar werden honderden producten uit de supermarkt verwijderd omdat de kans bestond dat ze minuscule hoeveelheden van de potentieel carcinogene kleurstof, Soedan 1 zouden kunnen bevaten.

Er bestaan geen onderzoeken om aan te tonen dat Soedan 1 kanker bij mensen kan veroorzaken. De waarschijnlijkheid dat de blootstelling van iedereen aan Soedan 1 groot genoeg zou zijn om een tumor te veroorzaken was miniem. Niettemin, op basis van het voorzorgsprincipe, werd actie gevoerd.

Aspartaam is geen levensreddend geneesmiddel. Het is zelfs geen zeer efficiënte dieethulp, zoals aangetoond wordt door de wijdverspreide zwaarlijvigheid in het Westen. Totdat de vele zorgen over het 'algemeen neutraal' zijn zijn onderzocht, onderzoek bij mensen op grote schaal en op de lange termijn, willekeurige, dubbelblinde, placebo-gecontroleerde experimenten bij mensen (de gouden standaard voor wetenschappelijk bewijs) zou het uit ons voedsel moeten worden gehaald.

Aspartaam een chronologische beschrijving

December 1965

Terwijl hij bezig was met een geneesmiddel tegen maagzweren, ontdekte een scheikundige bij farmaceutisch fabrikant G.D. Searle toevallig aspartaam, een substantie die 180 maal zoeter is dan suiker en toch geen caloriën bevat.

Lente 1967

Searle begint met veiligheidsonderzoek, noodzakelijk voor FDA goedkeuring.

Herfst 1967

G.D. Searle benadert de beroemde biochemicus Dr. Harry Waisman, directeur van het Joseph P. Kennedy Jr. Memorial Laboratorium van de Universiteit van Wisconsin, bezig met onderzoek naar geestelijke achterstand en een gerespecteerd expert op het gebied van de giftigheid van phenylalanine (50 procent van de aspartaam formule) om een onderzoek te houden naar de effecten van aspartaam op apen. Van de zeven apen die gevoerd werden met melk met aspartaam, stierf er één en vijf anderen hadden grand-mal epileptische insulten.

Lente 1971

Dr. John Olney, professor in de neuropathologie en psychiatrie bij de Universiteit van Washington in de St.Louis School voor Geneeskunde, wiens onderzoek naar het zenuwgif, additief voor levensmiddelen monosodiumglutamaat, (MSG, een chemisch neefje van aspartaam) was verantwoordelijk voor laten verwijderen (van MSG) uit babyvoeding, informeert Searle dat zijn onderzoeken aantonen dat asparaginezuur, één van de belangrijkste ingrediënten van aspartaam, gaten in de hersenen van babymuizen veroorzaakt. Één van de onderzoekers van Searle, Ann Reynolds, bevestigt de bevindingen van Olney in een gelijkwaardig onderzoek.

februari 1973

Searle wil FDA goedkeuring en dient meer dan 100 veiligheidsonderzoeken in waarvan het verklaart dat ze de veiligheid van aspartaam ondersteunen. Noch zijn de dode apen, noch de muizen met gaten in hun hersenen inbegrepen in de indiening.

12 september 1973

In een mededeling, bekritiseert Dr. Martha M. Freeman van de FDA Afdeling Metabolische en Endocriene geneesmiddelen de ontoereikendheid van de informatie die door Searle met bijzondere aandacht voor één van de giftige afbraakproducten diketopiperazine (DKP) was verstrekt. Zij adviseert dat de marketing van aspartaam slechts mogelijk is op de bewezen klinische veiligheid van de zoetstof.

augustus 1974

Alvorens aspartaam op de markt kan komen, dienen Dr. John Olney, James Turner (procureur, verdediger van de consument en Raider van het vroegere 'Nader' die bijdroeg in het verwijderen van het kunstmatige zoetstof cyclamaat van de markt van de V.S.) en de groep 'Label Inc'. (Gerechtelijke stappen voor onderricht aan kopers en etikettering) een formeel bezwaar in tegen de goedkeuring van aspartaam bij de FDA, waarbij bewijsmateriaal aangehaald wordt dat het hersenenbeschadiging kan veroorzaken, in het bijzonder bij kinderen.

26 juli 1974

FDA commissaris Dr. Alexander Schmidt verleent aspartaam zijn eerste goedkeuring als 'additief voor levensmiddelen' voor beperkt gebruik in droog voedsel. Deze goedkeuring komt ondanks het feit dat zijn eigen wetenschappers ernstige gebreken vonden in de gegevens die door Searle waren ingediend.

juli 1975

De zorgen over de nauwkeurigheid van testgegevens van een groot aantal producten die aan FDA door Searle worden voorgelegd beweegt Schmidt ertoe om een speciale werkgroep aan te stellen om onregelmatigheden in 25 zeer belangrijke onderzoeken na te gaan voor aspartaam en de geneesmiddelen van Searle zoals Flagyl, Aldactone en Norpace.

5 december 1975

Searle gaat akkoord met een onderzoek naar de bezorgdheid over de veiligheid van aspartaam. Searle neemt aspartaam in afwachting van de resultaten uit de markt. De zoetstof blijft bijna 10 jaar van de markt terwijl onderzoeken naar de veiligheid en de beweerde frauduleuze testprocedures van Searle aan de gang zijn. Nochtans, komt de onderzoeksraad gedurende vier jaar niet bijeen.

24 maart 1976

De FDA werkgroep voltooit zijn rapport van 500-pagina's over de testprocedures van Searle. Het definitieve rapport neemt nota van de gebrekkig en frauduleuze productonderzoeken, het bewust verstrekken van verkeerde gegevens van product onderzoek, het bewust verkeerd voorstellen van testgegevens en 'manipuleren' van testgegevens en voorbeelden van niet relevante dierproeven bij alle herziene producten.

Schmidt zegt: '[De onderzoeken van Searle zijn] ongelooflijk onzorgvuldige wetenschap. Wat wij ontdekten was laakbaar.'

juli 1976

De FDA vormt een nieuwe werkgroep, die door veteraaninspecteur Jerome Bressler wordt geleid, om onregelmatigheden bij de aspartaam onderzoeken bij Searle verder te onderzoeken die aan het licht gebracht waren door de originele werkgroep. De bevindingen van het nieuwe team zullen uiteindelijk in een document opgenomen worden dat bekend zal worden als het Bressler Rapport.

10 januari 1977

De belangrijkste advieseur van de FDA, Richard Merrill, verzoekt het bureau van de Procureur van de V.S. formeel om te beginnen met onderzoekwerkzaamheden van de grand- jury of aanklachten tegen Searle zouden moeten worden ingediend voor het verkeerd voorstellen van bevindingen en 'het bewust verbergen van materiële feiten en het afleggen van valse verklaringen' in de onderzoeken naar de veiligheid van aspartaam. Dit is de eerste keer in de geschiedenis van de FDA dat het om een misdadig onderzoek van een fabrikant verzoekt.

26 januari 1977

Terwijl het grote juryonderzoek aan de gang is, beginnen Sidley & Austin, de advocatenfirma die Searle vertegenwoordigd, aanstellings onderhandelingen met Samuel Skinner, de procureur van de V.S. die verantwoordelijk is voor het onderzoek. Skinner neemt afstand van het onderzoek en de zaak wordt overgedaan aan William Conlon.

8 maart 1977

Searle neemt de prominente insider Donald Rumsfeld uit Washington in dienst als de nieuwe CEO om het tij te keren voor het in moeilijkheden gebrachte bedrijf. Als voormalig lid van het Congres en defensiesecretaris in de regering Ford, brengt Rumsfeld verscheidene van zijn collega's uit Washington binnen als top management.

1 juli 1977

Samuel Skinner verlaat het ambt van procureur van de V.S. en gaat in dienst bij de advokaten firma van Searl. Conlon neemt de oude functie van Skinner over.

1 augustus 1977

Het Bressler Rapport wordt vrijgegeven. Het concentreert zich op drie zeer belangrijke aspartaamonderzoeken geleid door Searle. Het rapport vindt dat in één onderzoek 98 van de 196 dieren stierven maar dat er pas autopsie volgde op latere tijdstippen, zodat het onmogelijk gemaakt werd om de daadwerkelijke doodsoorzaak na te gaan.

Tumoren werden verwijderd uit levende dieren en de dieren werden teruggeplaatst in het onderzoek. Veel andere fouten en inconsequenties worden genoteerd. Bijvoorbeeld, was een rat levend aangemeld, dan weer dood, dan weer in leven, toen opnieuw dood. De uitleg van Bressler: 'De vraag die u zichzelf moet stellen is: waarom werd er niet met grote zorg gewerkt? Waarom evalueerde Searle dit niet zorgvuldig met hun wetenschappers, die goed op de hoogte waren van de gehele maatschappij, dat van jong tot oud, van ziek tot gezond toegang tot dit product zouden hebben.'

De FDA stelt nog een werkgroep samen om het Bressler Rapport te herzien. Het overzicht wordt uitgevoerd door een team op het FDA Centrum voor Voedingsveiligheid en Toegepaste Voeding en geleid door de vooraanstaand wetenschapper Jacqueline Verrett.

28 september 1977

De FDA publiceert een rapport waarbij Searle vrijgesteld wordt van welk wangedrag dan ook in zijn testprocedures. Jacqueline Verrett zal later voor de Senaat van de V.S. getuigen dat haar team onder druk was gezet om gegevens van experimenten geldig te verklaren die duidelijk een 'ramp' waren.

8 december 1977

Ondanks klachten van het Departement van Justitie, blokkeert Conlon de vervolging door de Grand Jury zolang dat de verjaringstermijn op de aspartaam aanklacht verloopt en het onderzoek vervalt. Slechts één jaar later gaat Conlon in dienst van de advocatenfirma van Searle, Sidley & Austin.

1978

Het tijdschrift 'Medical World News' rapporteert dat de hoeveelheid methanol in aspartaam 1000 keer groter is dan de meeste voedingl onder controle van de FDA. In hoge concentraties is methanol, of methylalcohol, een dodelijk vergif.

1 juni 1979

De FDA vestigt definitief een openbare raad van onderzoek (PBOI), waaronder drie wetenschappers wiens taak het is om de bezwaren van Olney en Turner tegen de goedkeuring van aspartaam en de regels over veiligheidskwesties die zoetstof omringen te herzien.

1979

Ondanks de onzekerheden over de veiligheid van aspartaam in de Verenigde Staten, wordt aspartaam verkrijgbaar in Frankrijk, hoofdzakelijk in farmaceutische producten. Het wordt verkocht onder de merknaam Canderel en vervaardigd door het voedingsfabrikant Merisant.

30 september 1980

De openbare raad van onderzoek (PBOI) van de FDA stemt eenstemmig tegen de goedkeuring van aspartaam, in afwachting van verdere onderzoeken naar hersenentumoren bij dieren. De raad zegt dat 'het bewijs niet met redelijke zekerheid is vastgesteld dat aspartaam voor gebruik als additief voor levensmiddelen veilig is'.

1980

Canderel wordt nu in geheel Europa op de markt gebracht (maar niet in Engeland) als een zoetstof met weinig caloriën

januari 1981

Rumsfeld verklaart in een verkoop bijeenkomst bij Searle dat hij grote druk zal uitoefenen om aspartaam binnen het jaar goedgekeurd te krijgen. Rumsfeld beloofd plechtig om zijn "markers" terug te roepen en eerder politieke dan wetenschappelijke middelen te gebruiken om de FDA over te halen.

20 januari 1981

Ronald Reagan wordt gekozen als president van de Verenigde Staten. Het overgangsteam van Reagan, waartoe ook Rumsfeld behoort, benoemt Dr. Arthur Hull Hayes Jr. als de nieuwe FDA commissaris.

21 januari 1981

Één dag na de inhuldiging van Reagan,, wendt Searle zich tot de FDA ter goedkeuring van het gebruik van aspartaam als zoetstof in voeding.

maart 1981

Er wordt een jury van FDA commissarissen opgericht om de kwesties te herzien die door de PBOI bijeengebracht werden.

19 mei 1981

Arthur Hull Hayes Jr., benoemt een commissie van vijf personen om het PBOI- besluit te herzien. Drie van de vijf FDA wetenschappers adviseren tegen de goedkeuring van aspartaam, door te verklaren dat de onderzoeken van Searle onbetrouwbaar en niet deskundig genoeg waren om de veiligheid van aspartaam vast te stellen. Hayes installeert een zesde lid in de commissie, en de stemming raakt in een impasse.

15 juli 1981

Hayes negeert de aanbevelingen van zijn eigen interne FDA team, verwerpt de bevindingen van het PBOI en geeft aanvankelijke goedkeuring voor het gebruikt van aspartaam in droge producten op basis van het feit dat de veiligheid is aangetoond voor het voorgestelde gebruik.

22 oktober 1981

De FDA keurt aspartaam goed als tafelzoetstof en voor gebruik in tabletten, ontbijtgraanproducten, kauwgom, droge basissen voor dranken, instantkoffie en thee, gelatine, pudding, vullingen, zuivel-product toppings en als smaakversterker voor kauwgom.

1982

De zoetstof met aspartaam, Equal, geproduceerd door Merisant komt in de U.S. op de markt.

15 oktober 1982

De FDA kondigt aan dat Searle een verzoek heeft ingediend om aspartaam als zoetstof in frisdranken, kindervitaminen en andere vloeistoffen goed te keuren.

1983

Procureur Robert Shapiro van Searle geeft aspartaam zijn commerciële naam, NutraSweet. De naam wordt het volgende jaar van een handelsmerk voorzien. Shapiro wordt later president van Searle. Uiteindelijk wordt hij president en dan voorzitter en CEO van Monsanto, die Searle in 1985 zullen kopen.

8 juli 1983

Aspartaam wordt in de Verenigde Staten goedgekeurd voor gebruik in frisdrank en basis voor siroop en drie maanden later in Groot-Brittannië. Vóór het eind van jaar worden de canderel tabletten gelanceerd in Engeland. Canderel poeder volgt in 1985.

8 augustus 1983

James Turner, die namens zichzelf en het Voedingsinstituut, en Dr. Woodrow Monte, directeur van de Universiteit van de Staat Arizona van voedingswetenschap en voedingslaboratoria, dienen verzoeken in bij de FDA die tegen de goedkeuring van aspartaam bezwaar maken gebaseerd op mogelijke ernstige ongunstige gevolgen door het chronisch gebruik van de zoetstof. Monte uit ook zijn bezorgdheid over de chronische opname van methanol verbonden met het gebruik van aspartaam.

september 1983

Hayes treedt af als FDA commissaris onder verdachte omstandigheden van zijn onbevoegde ritten aan boord van een straalvliegtuig van 'General Foods' (General Foods was en is een belangrijke koper van aspartaam). Hij diende kort als hoofd van een college bij de Medische Universiteit van New York, en neemt dan een functie aan als hoger wetenschappelijke adviseur bij Burston-Marsteller, de belangrijkste publicrelationsfirma voor zowel Searle als Monsanto.

Hersft 1983

De eerste frisdranken met aspartaam komen in de verkoop in de Verenigde Staten.

17 februari 1984

De FDA ontkent de verzoeken van Turner en Monte om een hoorzitting, waarbij opgemerkt moet worden dat de aspartaam critici geen onopgeloste veiligheidsvragen hadden aangeboden. Betreffende de afbraak producten van aspartaam zegt de FDA dat het dierproeven, klinisch en consumptie onderzoeken heeft gezien die door de fabrikant van het zoetstof werden ingediend, evenals de bestaande hoeveelheid wetenschappelijke gegevens, en besluit dat de 'onderzoeken de veiligheid van deze componenten hebben aangetoond.

maart 1984

Gemeenschappelijke klachten over de ongunstige gevolgen van aspartaam beginnen binnen te komen. De FDA verzoekt dat de Centra voor de Controle en Preventie van Ziekte in de V.S. (CDC) met onderzoek begint van een uitgezocht aantal gevallen met ongunstige reacties op aspartaam.

30 mei 1984

De FDA keurt aspartaam goed voor gebruik in multivitamines.

juli 1984

Een onderzoek door het Ministerie van Gezondheid van de staat Arizona naar aspartaam wordt gepubliceerd in het tijdschrift van Toegepaste Voeding. Het stelt vast dat frisdranken die bij gestegen temperaturen worden opgeslagen een snellere achteruitgang veroorzaken van aspartaam in giftige methanol.

2 november 1984

Het CDC overzicht van openbare klachten met betrekking tot aspartaam bereikt zijn hoogtepunt in een rapport, "Evaluatie van de klachten van de consument met betrekking tot aspartaamgebruik", waarbij 213 van 592 gevallen worden bezien en er wordt opmerkt dat onderzoek bij opnieuw gebruik aantonen dat gevoelige individuen constant dezelfde ongunstige symptomen vertonen iedere keer als zij aspartaam gebruiken.

De gemelde symptomen zijn: agressief gedrag, desoriëntatie, hyperactiviteit, extreme verdoofdheid, prikkelbaarheid, geheugenverlies, verlies van dieptewaarneming, leverstoornis, hartstilstand, insulten, zelfmoordpogingen en ernstige stemmingsschommeling.

De CDC besluit desondanks dat aspartaam veilig is in het gebruik. Op dezelfde dag dat CDC aspartaam vrijspreekt, kondigt Pepsi aan dat het geen sacharine meer gebruikt maar aspartaam als zoetstof in al zijn lightdranken gaat gebruiken. Anderen volgen al snel het voorbeeld.

1 oktober 1985

Monsanto, de producent van het recombinant runder groeihormoon, genetisch gemanipuleerde sojabonen, de pesticide Roundup en veel andere industriële en landbouwchemische producten, koopt Searle voor $2,7 miljard.

21 april 1986

Het Opperste Gerechtshof van de V.S., geleid door rechter Clarence Thomas, een voormalig advocaat van Monsanto, weigert om argumenten van het Voedingsinstituut en andere consumentengroepen te overwegen dat de FDA geen juiste procedures in het goedkeuren van aspartaam heeft gevolgd, en dat de vloeibare vorm van kunstmatige zoetstof hersenenbeschadiging bij zware gebruikers van light frisdranken kan veroorzaken.

16 oktober 1986

Turner dient nog een verzoek in, dit keer betreffende het risico van insulten en schade aan het oog door aspartaam. Het verzoek bediscussieert medische verslagen van 140 aspartaamgebruikers die aantoonbare schade hebben geleden door epileptische insulen en schade aan het oog na het gebruik van producten die de zoetstof bevatten en dat de FDA aspartaam als 'dreigend gevaar voor de volksgezondheid' zou moeten verbieden.

21 november 1986

De FDA erkent het nieuwe verzoek van Turner niet, zeggend: 'De gegevens en de informatie die de veiligheid van aspartaam ondersteunen zijn uitgebreid. Het is waarschijnlijk dat geen enkele voedingsmiddel ooit zo nauwkeurig op veiligheid is onderzocht. Voorts hebben de besluiten van het agentschap om aspartaam voor gebruik goed te keuren de grootst mogelijke bekendheid gekregen die vereist is bij het wettelijke proces.'

28 november 1986

De FDA keurt aspartaam goed voor niet koolzuurhouden bevroren of gekoelde concentraten en vruchtensap, fruitdranken, dranken met fruitsmaak, imitatie dranken met fruitsmaak, bevroren gebak en nieuwigheden, frisse adem mint en theedranken.

december 1986

De FDA verklaart aspartaam veilig voor gebruik als inert ingrediënt, op voorwaarde dat de etikettering bepaalde specificaties aangeeft.

1987

Een FDA rapport over ongunstige reacties door aspartaam geeft aan dat de meerderheid van de klachten over aspartaam -- nu 3.133 in aantal -- verwijst naar neurologische gevolgen.

2 januari 1987

Het octrooi van NutraSweet aspartaam verloopt in Europa, Canada en Japan. Meer bedrijven kunnen nu de zoetstof aspartaam in deze landen produceren.

12 oktober 1987

United Press International, een belangrijke wereldomvattend nieuws-organisatie, rapporteert dat meer dan 10 federale ambtenaren die betrokken waren bij het besluit aspartaam goed te keuren, nu banen in de particuliere sector hebben aangenomen die met de aspartaamindustrie verbonden zijn.

3 november 1987

Een hoorzitting van de Senaat van de V.S. wordt gehouden om de kwestie van veiligheid van aspartaam en etikettering te behandelen. De hoorzitting bekijkt opnieuw de foutieve testprocedures en de 'psychologische strategie' die door Searle werd gebruikt om de goedkeurin van aspartaamg te verzekeren. Andere informatie die aan het licht komt omvat het feit dat aspartaam eens op een lijst stond van het Pentagoon van een mogelijk biochemisch wapen voor oorlogvoering.

Talrijke medische en wetenschappelijke deskundigen getuigen in verband met de giftigheid van aspartaam. Onder hen is Dr. Verrett, die openbaart dat, terwijl ze bezig waren met het samenstellen van hun rapport in 1977, haar team werd opgedragen om geen commentaar te geven of zich bezorgd te maken over de algemene geldigheid van de onderzoeken.

Zij verklaart dat de vragen over geboorteafwijking niet zijn beantwoord. Zij verklaart ook dat een verhoging van de temperatuur van het product tot een stijging van de DKP productie leidt, een substantie waarvan is aangetoond dat baarmoederpoliepen en het cholesterolgehalte van het bloed verhoogt. Verrett verklaart: 'Het was vrij duidelijk dat ergens in de lijn, de ambtenaren van het bureau aan een "cover-up" werkten.'

1989

De FDA heeft meer dan 4000 klachten van consumenten onvanger over negatieve reacties met betrekking tot de zoetstof.

14 oktober 1989

Dr. H.J. Roberts, directeur van het Instituut voor Medisch Onderzoek in Palm Beach, beweert dat verscheidene recente vliegtuigongevallen, waarbij verwarring en afwijkend gedrag van piloten werd veroorzaakt door gebruik van producten die aspartaam bevatten.

20 juli 1990

The Guardian publiceert een belangrijk onderzoek naar aspartaam en levert overheidsambtenaren een 'dossier met bewijsmateriaal'dat zwaar steunt op kopieën van het Bressler Rapport en eist dat de overheid de veiligheid van aspartaam herziet. Er komt geen herziening. The Guardian wordt door Monsanto voor de rechter gedaagd en gedwongen zich te verontschuldigen voor het afdrukken van het verhaal.

1991

Het Nationale Gezondheids Instituut van de V.S. publiceert nadelige gevolgen van aspartaam: van januari 1986 tot december 1990, een bibliografie van 167 onderzoeken die de ongunstige gevolgen documenteren verbonden aan aspartaam.

1992

NutraSweet ondertekent overeenkomsten met Coca-cola en Pepsi die bepalen dat het hun aangewezen leverancier van aspartaam is.

30 januari 1992

De FDA keurt aspartaam goed voor gebruik in malt bier , ontbijtgraanproducten, en gekoelde pudding en vullingen en in bulkvorm (in grootverpakking zoals suiker) voor tafelgebruik. NutraSweet brent deze grootverpakkingen op de mart onder de naam 'NutraSweet Spoonful.'

14 december 1992

Het V.S.-octrooi van NutraSweet voor aspartaam verloopt waardoor de martk wordt opengesteld voor andere bedrijven om de substantie te produceren.

19 april 1993

De FDA keurt aspartaam goed voor gebruik in hard en zacht suikergoed, niet- alkoholische op smaak gebrachte dranken, theedranken, vruchtensappen, concentraten, gebakken goederen en bakmixen, toppings en vullingen voor gebak.

28 februari 1994

Aspartaam is nu verantwoordelijk voor 75 procent van alle klachten in de V.S. in het controlesysteem dat de ongunstige reacties bijhoudt. Het Ministerie van Gezondheid van de V.S. stelt een rapport samen dat alle huidige informatie over ongunstige reacties bijeen brengt die aan aspartaam worden toegeschreven. Het is een lijst van 6.888 klachten, waaronder 649 gemeld door de CDC en 1.305 gemeld door de FDA.

april 1995

De consumentenactiviste, en stichter van de anti-anti-aspartaam groep Mission Possible, Betty Martini maken gebruik van de wet openbaarheid van bestuur van de V.S.- om de FDA te dwingen een officiële lijst van ongunstige gevolgen vrij te geven verbonden aan de opname van aspartaam.

Geselecteerd uit 10.000 klachten van de consument, omvat de lijst vier sterfgevallen en meer dan 90 unieke symptomen, waarvan een meerderheid te makenheeft met schade aan neurologische functies. Zij omvatten: hoofdpijn; duizeligheid of evenwichtsproblemen; stemmingsverandering; braken en misselijkheid; epileptische insulten; geheugenverlies; tremoren; spierzwakte; buik pijn en kramp; verandering van de visie; diarree; moeheid en zwakheid; huiduitslag; verslechterende visie; gewrichts- en spierpijn.

Door de eigen erkenning van de FDA, rapporteert minder dan 1 percent van mensen met problemen door iets dat ze hebben gebruik dit ooit aan de FDA. Dit betekent dat rond 1 miljoen mensen ongunstige gevolgen konden hebben ervaren door het gebruik van aspartaam.

12 juni 1995

De FDA kondigt aan dat het geen verdere plannen heeft door te gaan met het verzamelen van ongunstige reactierapporten of het onderzoek naar aspartaam te controleren.

27 juni 1996

De FDA verwijdert alle beperkingen voor het gebruik van aspartaam, en keurt het als zoetstof goed voor algemeen gebruik, dat betekent dat aspartaam nu in alle voedsel of drank kan worden gebruikt

november 1996

Door gebruik te maken van gegevens die verzameld zijn door het Nationale Kanker Instituut van de V.S., "Bewaking, Epidemiologie Eindresultaten," dat gegevens verzamelt en verspreidt over allerlei soorten kanker, publiceert Olney een herzien onderzoek in het Tijdschrift van Neuropathologie en Experimentele Neurologie. Het toont aan dat de aantallen hersentumoren overeenkomstig de aspartaamconsumptie zijn toegenomen en dat er een aanzienlijke verandering plaatsvind van minder dodelijke tumoren naar veel meer dodelijke tumoren.

december 1996

De resultaten van een opmerkelijke onderzoek dat werd uitgevoerd door Dr. Ralph G. Walton, professor in de klinische psychologie bij de Noordoostelijke Universiteit van Ohio, worden geopenbaard. Uitgezonden door het effective nationale nieuwsprogramma van de V.S. "60 Minutes", wierp het wat licht op de absurditeit van de aspartaam- veiligheidsonderzoeken.

Walton bekeek opnieuw 165 afzonderlijke onderzoeken gepubliceerd in de voorafgaande 20 jaar in medische tijdschriften. Vierenzeventig van de onderzoeken werden door de industrie gefinancierd, die allemaal getuigde van de veiligheid van aspartaam. Van de andere niet door de industrie gefinancierde 91 onderzoeken, gaven 84 ongunstige gevolgen voor de gezondheid aan.

Zes van zeven onderzoeken die niet door de industrie gefinancierd werden die positief over aspartaam waren, waren van FDA, waarvan bekend is dat ze een sterke pro- industriële houding heeft. Tot aan deze dag, zijn het altijd de door de industrie gefinancierde onderzoeken die in de pers en in officiële bewijzen tegen aspartaamcritici worden aangehaald. Het zijn ook die onderzoeken die het grootste gewicht in de schaal leggen tijdens het goedkeuringsproces en in officiële veiligheidsoverzichten.

10 februari 1998

Monsanto verzoekt de FDA goedkeuring voor een nieuwe tafelzoetstof genaamd Neotame. Het is ongeveer 60 keer zoeter dan aspartaam en tot 13.000 keer zoeter dan suiker. Neotame is minder gevoelig voor afbraak door hitte en in vloeistof dan aspartaam door de toevoeging van 3,3-dimethylbutyl, een slecht onderzocht chemisch product met veronderstelde neurotoxische gevolgen. Het versterken van de binding tussen de hoofdbedstanddelen van aspartaam maakt een gezondheidswaarschuwing voor mensen die aan PKU lijden onnodig.

13 mei 1998

Onafhankelijke wetenschappers van de Universiteit van Barcelona publiceren oriënterend onderzoek dat duidelijk aantoont dat aspartaam wordt omgezet in formaline in de organen van levende specimen (in dit geval ratten) en dat deze formaline door de essentiële organen van de specimens wordt verspreidt, met inbegrip van de lever, nieren, ogen en hersenen.

De resultaten staan lijnrecht tegenover de beweringen van de fabrikant dat aspartaam in het lichaam niet wordt opsplitst in formaline, en ondersteunen de beweringen van aspartaamcritici dat veel van de symptomen van de giftigheid van aspartaam veroorzaakt worden door de giftige en cumulatieve gevolgen van formaline.

oktober 1998

De Voedingscommissie in Engeland publiceert twee onderzoeken aangaande zoetstoffen. De eerste toont aan dat verscheidene belangrijke bedrijven, met inbegrip van St, Ivel, Müller en Sainsbury, de wettelijke eis hebben genegeerd om naast de naam van het product te vermelden 'met zoetstoffen'. De tweede toont aan dat aspartaam niet alleen toegevoegd wordt aan dranken met 'geen toegevoegde suiker' en 'light' dranken, maar ook in gewone niet lightdranken verschijnt omdat het drie maal goedkoper is dan gewone suiker.

8 februari 1999

Monsanto dient een verzoek in bij de FDA ter goedkeuring van het algemene gebruik van Neotame.

20 juni 1999

Een onderzoek door 'The Independent on Sunday' openbaart dat aspartaam wordt gemaakt met gebruikmaking van genetische manipulatie. De stof phenylalanine uit aspartaam wordt op natuurlijke wijze geproduceerd door bacteriën. De krant openbaart dat Monsanto de bacteriën genetisch heeft omgebouwd om hen meer phenylalanine te laten produceren.

Monsanto beweert dat het proces niet eerder geopenbaard was omdat er zich geen gewijzigde DNA in het afgewerkte product bevind en staat erop dat het product volledig veilig is; in tegenstelling tot wetenschappers die zich verzetten dat de giftige gevolgen bij gebrek aan onderzoek op de lange termijn niet kunnen worden uitgesloten. Een woordvoerster van Monsanto zegt dat terwijl in aspartaam voor de V.S. markt vaak gebruik wordt gemaakt van genetische techniek, aspartaam geleverd aan Brits voedingsproducenten dat niet is. De mate waarop merken van de V.S. van producten met weinig calorieën genetisch gegemanipuleerde aspartaam bevatten, ingevoerd zijn in Groot-Brittannië is onduidelijk.

mei 2000

Monsanto, verkoopt onder druk -- in het bijzonder door de wereldwijde weerstand tegen genetisch gemanipuleerd voedsel en aan de gang zijnde processen -- NutraSweet voor $440 miljoen aan J.W. Childs Associates, een privé firma die uit verscheidene vroegere managers van Monsanto wordt samengesteld. Monsanto verkoopt ook zijn belangen in twee Europese gemeenschappelijke zoetstof ondernemingen, NutraSweet AG en Euro-aspartaam SA.

10 december 2001

Het Food Standards Agency in Engeland verzoekt dat het Wetenschappelijke Comité van de Europese Commissie voor de Voeding een bijgewerkt overzicht van aspartaam leidt. De commissie wordt gevraagd om zorgvuldig meer dan 500 wetenschappelijke documenten te bekijken gepubliceerd tussen 1988 en 2000 en ander nieuw wetenschappelijk onderzoek dat eerder niet onderzocht werd.

9 juli 2002

De FDA keurt de tafelzoetstof en het algemene gebruik van Neotame goed. De 'bliksemsnelle' goedkeuring doet de wenkbrauwen optrekken omdat het de FDA minstens 10 jaar vergt, historisch gezien, om additieven voor levensmiddelen goed te keuren. Neotame wordt ook goedgekeurd voor gebruik in Australië en Nieuw Zeeland, maar is nog niet in Engeland goedgekeurd.

10 december 2002

Het Wetenschappelijke Comité van de Europese Commissie voor de voeding publiceert zijn definitieve rapport over aspartaam. Negeert het 24-pagina tellende rapport over onafhankelijk onderzoek en consumenten klachten grotendeels, en baseert zich in plaats daarvan op vaak aangehaalde artikelen in boeken en overzichten die door werknemers of adviseurs van de aspartaamfabrikanten werden samengesteld.

Wanneer het onafhankelijke onderzoek wordt aangehaald, wordt het over het algemeen weerlegd met door de industrie-gesponsorde gegevens. Een dierproef die aantoont dat aspartaam verstoring van de hersenenchemie, een menselijk onderzoek dat aspartaam verbind met neurofysiologische veranderingen die de risico's van insulten verhoogt, en nog één die aspartaam verbind met depressies bij mensen die vatbaar zijn voor stemmingsveranderingen, en twee anderen die aspartaam opname verbinden met hoofdpijnen werden allemaal verworpen.

De conclusie van het rapport komt neer op één enkele zin: 'De commissie besloot dat... er geen bewijs dat aangeeft dat er behoefte is om het resultaat van de eerdere inschatting van het risico of de [acceptablele dagelijkse opname (ADI)] die voor aspartaam waren vastgesteld te herzien.'

Zoals bij de FDA, zijn er ook zorgen over de neutraliteit van leden van enkele commissies en hun bindingen met het International Life Sciences Institute (ILSI), een industriegroep die, onder andere, onderzoek naar aspartaam financiert. De leden van ILSI omvatten Monsanto, Coca-cola en Pepsi. (en nog heel veel anderen)

19 februari 2003

De leden van het Europees Parlement van Milieu, Volksgezondheid en Consumentenbeleid keuren het gebruik van sucralose en de samenvoeging van het zout van aspartaam- acesulfame goed (dat in Europa door aspartaamfabrikant Holland Sweetner Company wordt vervaardigd en dat onder de naam "Twinsweet" wordt verkocht) en zijn akkoord gegaan met het herzien van het gebruik van beide zoetstoffen over drie jaar.

Tezelfdertijd wordt een verzoek door de Europese Groenen dat de commissie de veiligheid van aspartaam opnieuw beoordeelt en de etikettering van aspartaam bevattende producten wordt verbetert verworpen.

mei 2004

De documentaire Sweet Misery wordt uitgegeven op DVD (zie http://www.soundandfuryproductions.com/). Deels documentaire, deels detective verhaal, het omvat gesprekken met mensen die door aspartaam schade hebben geleden, evenals geloofwaardige verklaring van verdedigers, artsen, advocaten en oud campagnevoerders, waaronder James Turner, H.J. Roberts en beroemd neurochirurg Dr. Russell Blaylock.

september 2004

Een consumentengroep uit de V.S. "The National Justice League" gaat een proces voeren van $350 miljoen tegen de firma NutraSweet (de huidige eigenaar van aspartaam producten), de Amerikaanse Diabetes Vereniging en Monsanto. Zowat 50 andere gedaagden moeten nog genoemd worden, maar tijdens het proces staat de rol van Donald Rumsfeld centraal door te helpen aspartaam goedkeurd te krijgen door de FDA.

De aanklagers houden vol dat dit proces zal bewijzen hoe dodelijke aspartaam is wanneer het door mensen wordt gebruikt. Tot dusver is er weinig vooruitgang geboekt om de zaak onder behandeling bij het hof te brengen.

maart 2005

Het Bedrijf NutraSweet heropent zijn fabriek in Atlanta, Georgië, (die sinds 2003 inactief is) om aan de verhoogde vraag naar zijn zoetstof te voldoen, Aspartaam commercieel verkocht als NutraSweet, Equal, Equal-Measure, Spoonful, Canderel and Benevia, is nu verkrijgbaar in meer dan 100 landen en wordt elke dag in meer dan 5.000 producten gebruikt door minstens 250 miljoen mensen. Wereldwijd, bedragen de verkoopcijfers van de aspartaamindustrie meer dan $1 miljard per jaar. De V.S. zijn de grootste consument.

juli 2005

Het Ramizzini Instituut in Bologna Spanje, een privé instelling zonder winstbejag, dat werd opgericht om de oorzaken van kanker te onderzoeken, geeft de resultaten vrij van een zeer groot, lange termijn onderzoek met dierproeven naar de aspartaamopname. Hun onderzoek toont aan dat aspartaam lymphomen en leukemie bij vrouwelijke dieren veroorzaakt die gevoerd werden met aspartaam in hoeveelheden van rond de 20 milligrammen per kilogram lichaamsgewicht, of ongeveer de helft van de toegelaten dagelijkse hoeveelheid voor mensen.

Ecologist Online 30 augustus 2005

Zie ook deel 4

Eigen links:

Partners
lees bewust verzameling onafhankelijke nieuwswebsites
Lees Bewust

Deze site is mede
mogelijk gemaakt door

Probleemloos e-mailen overal ter wereld
travelsmtp.com

Heeft deze site iets
voor u betekend?
Doneer dan een klein bedrag

Doneer!